Hoe zou onze wereld eruit zien zonder Italië? Alleen op culinair gebied komt er al zoveel moois vandaan. Deze zomer was de Kaaskamer op excursie naar Sardinië. Het eiland wordt ook wel de Caribbean van Europa genoemd. Een azuurblauwe zee, hagelwitte stranden, groen, veel bloemen en schitterend weer. Maar Sardinië is dus ook gewoon Italië. Je kunt er werkelijk heerlijk eten.
Uiteraard gingen wij op zoek naar kaas. Gek genoeg is de keuze alles behalve reuze. Op Sardinië kom je al snel terecht bij Pecorino. Pecorino is Italiaanse schapenkaas die in vele variaties in Toscane, Umbrië en op Sardinië wordt geproduceerd. De bekendste soorten zijn de Romano en de Sardo. Beide kazen zijn DOP producten, wat staat voor Denominazione di Origine Protetta. Dit wil zeggen dat het product alleen in een bepaalde regio geproduceerd mag worden volgens bepaalde richtlijnen. De Italianen beschermen op deze manier de authenticiteit van hun kazen, worsten, wijnen etc. Rare jongens die Romeinen? Nou niet dus. Het is bizar dat we een dergelijk, internationaal omarmd, keurmerk nog niet in Nederland hebben.
Enfin, Pecorino is in Nederland goed verkrijgbaar. Ook hier vind je de kaas van jong tot oud, naturel, met peper en met truffel. Wij kunnen vast onthullen dat er zelfs een bijzondere partij met witte truffel onderweg is.
Eén soort Pecorino zal je hier niet vinden. De Pecorino Casu Marzu, dat is Sardijns voor ‘rotte kaas’. Deze kaas wordt van binnenuit opgegeten door larven, wat hem zijn sterke smaak geeft. De Europese Unie heeft Casu Marzu verboden.
Wij hebben hem op Sardinië gevonden en geproefd. De sterke aromatische smaak was mooi, intens en leek nog het meest op onze Capra di Castagno alleen dan scherper. Stiekem een stukje meenemen zat er dus niet in maar dat betekent niet dat we geen souvenir mee hebben genomen.
Kom de komende weken vooral Pecorino Sardo proeven en einde dag trekken we met liefde een Argiolas Costamolino open, een heerlijke Vermentino. Nu alleen nog een zonnetje erbij.