Lang geleden, halverwege de 18e eeuw, maakten Italiaanse boeren in de bergen van de Piemonte ‘Morianignhi’. Deze kaas werd gemaakt van zowel geiten-, schapen- als koemelk of een mengsel van de drie. Het bijzondere van deze kaas was dat hij via een natuurlijk proces blauwschimmels kreeg. En dus niet, zoals Roquefort of Stilton, op kunstmatige wijze.
De kaas was populair en ging zelfs de grens over. De receptuur kwam uiteindelijk terecht in de Franse Savoye. Een tocht dwars door de Alpen. Hier gingen de Fransen halverwege de 20e eeuw zélf aan de slag met de receptuur en noemden de kaas Blue de Termignon. Vernoemd naar het dorpje waar vandaag de dag nog geen 500 mensen wonen maar waar de kaas nog steeds gemaakt wordt.
Blue de Termignon wordt tegenwoordig alleen nog van rauwe koemelk gemaakt. Melk uitsluitend van de runderrassen Abondance of Tarine. De koeien grazen op zo’n twee kilometer hoogte. Via de bloemen en kruiden krijgt de melk nog steeds op een natuurlijke wijze zijn blauwschimmels binnen. De schimmels verdelen zich minder geleidelijk over de kaas. Maar dat maakt hem juist zo mooi. De kaas die er van buiten uitziet als een steen heeft een volle en verfijnde smaak.
Na Italië en Frankrijk is Blue de Termignon doorgemarcheerd naar Nederland. De kaas heeft zelfs de toonbank van onze winkel veroverd. U kan hem niet missen. Wie de roman ‘Kaas’ van Willem Elschot heeft gelezen wist het al, maar Blue de Termignon bewijst het nogmaals: ‘Kaas marcheert altijd’.